De groeten


Groeten uit binnen, uit witten uit waaien, uit nergens uit niets nog kiezen de groeten je route. Komende groeten de groeten uit bakken, uit rekken uit oorden we rijden uit nooit naar je toe. Hé meid je de groeten, hé man je gedag. Vermaak je de groeten, je groetengeweten uit moetende tijd, je biezen de groeten, je groeten ten spijt.