Mijn laagheid


Achter het winkelbedrijf ik mijn laagheid. Na aan de gracht draait mijn waterpas om. Achter de banken smaalt smaak uit de stegen, zet er van sapstroom vermogen betaald. Niets aan de armen van Mekka geeft draaglast. Vlak achter adem bega ik mijn daad. Achter de hagen van nakende panden kraai ik platanen graai me de wikkels af pis.